Categoriearchief: Reisdagboek

Jerash en Ajloun (15-11-2014)

Gisteren zijn we naar Jerash en Ajloun geweest. Na het ontbijt zijn we eerst vertrokken naar Jerash, ons eerste echte stuk op de weg hier in Jordanië. De wegen zijn tot nu toe best goed, maar wat wel opvalt is dat het behoorlijk smerig en stoffig is overal. Het is ook overal druk op straat en mensen staan midden op de weg stil om langs de weg olijven, aubergines, tomaten en granaatappels te kopen.

Jerash was makkelijk te vinden en na een uurtje rijden reden we recht op de gigantische triomfboog af. Eenmaal op de vindplaats zijn we ruim 2,5 uur zoet geweest. Er staan nog ontzettend veel pilaren overeind, vooral langs de cardo maximus, de hoofdstraat van de oude stad Gerasa. Er staan ook nog twee amfitheaters en veel resten van tempels, kerken en een gigantische fontein, welke ooit zeker prachtig en heel imposant moet zijn geweest. De vindplaats is niet overdreven groot, maar wel erg goed bewaard gebleven en mooi gerestaureerd en het was zeker de moeite waard om gezien te hebben.

Van Jerash zijn we naar Ajloun gereden, zo’n 30 kilometer verderop. Het laatste stukje gaat door de bergen, een flink stuk omhoog, om uiteindelijk bij het oude kasteel bovenop een berg uit te komen. Dit kasteel is het enige nog bestaande voorbeeld van Arabische architectuur en is in verschillende periodes voor verschillende doeleinden gebruikt. Het kasteel is ook erg mooi bewaard gebleven en je kunt door het hele kasteel ronddwalen. Bovenop heb je een mooi uitzicht op de omgeving.

Toen we terug waren in Amman zijn we weer bij Hashem falafel en hummus gaan eten. Daarna zijn we bij Habibah in de lange rij aangesloten voor een populair nationaal dessert wat ze hier het beste schijnen te maken (Habibah wordt ongeveer net zo aangeprezen als Hashem, dus dit moesten we proberen). Gelukkig liep de rij vlot door, want wij vonden het niet zo heel lekker. Onderop ligt een laag geitenkaas, met daarover mierzoet knapperig deeg, een beetje zoals baklava. Zonder de geitenkaas was het best lekker, maar wel ontzettend zwaar, dus waren we blij dat we maar 1 portie hadden genomen.

Vandaag gaan we ons fijne hotelletje hier in Amman verlaten en gaan we een stukje naar het oosten, om de “desert castles” te bekijken. Vanavond slapen we dan in een ecolodge in Azraq. Deze ecolodge is een voormalig Brits militair complex en behoort tot één van de projecten van de overheid om de natuur in Jordanië in stand te houden.

Eerste dag in Amman (13-11-2014)

Inmiddels hebben we onze eerste dag in Amman erop zitten. Gisteren hebben we, nadat we geland waren, meteen onze (ietwat gare) huurauto opgehaald (een Peugeot 207). Met de gedownloade navigatie konden we het hotel makkelijk vinden. De eigenaar van het hotel is super vriendelijk en de kamer is ruim en schoon, dus wat willen we nog meer.

Vanochtend hebben we, na een lekker ontbijt in het hotel met tomaat, komkommer, Arabisch brood, jam en een lekker omeletje, de stad bekeken. Eerst zijn we aan de klim naar de oude citadel begonnen, met een hoop Romeinse en Byzantijnse resten en een mooi uitzicht over de stad.
Daarna zijn we naar de benedenstad gegaan, waar we het Romeinse theater hebben bekeken. We zaten daar net wat uit te rusten in de schaduw toen een aantal jongentjes op ons af kwam en steeds op de foto wilde. In het begin was het leuk, maar ze werden steeds vervelender en toen wij het museum in gingen en ze ons nog steeds achtervolgende, joeg een medewerker ze weg.

Vanaf het theater zijn we door het centrum en de souks terug gelopen naar het hotel, maar eerst hebben we heerlijk geluncht bij Hashem, aanbevolen door de Trotter, de Lonely Planet en Hany van het hotel (ze zouden hier de beste falafel van heel Amman hebben), dus dat moest wel goed zijn! We kregen khobz (plat brood) met hummus, tomaten, munt en falafel en het was echt heel erg lekker. Allebei een cola erbij en voor 4 euro hadden we onze buikjes rond.

Voor ’s avonds hadden we een kookles geboekt, dus na een lees- en douchepauze in het hotel zijn we naar het Pasha Hotel gegaan, waar we de kookles geboekt hadden. De kookles viel vergeleken met de kooklessen die we in Marrakech en Vietnam gedaan hebben wat tegen. Het was veel minder professioneel en we kookten niet zelf in een echte keuken. De kok van het hotel heeft ons uitleg gegeven over hoe je hummus maakt en dit ook voor gedaan. Vervolgens hebben we samen met hem een Arabische salade, fatoush, gemaakt. Samen met khobz en falafel was dit ons avondeten.
Op de weg naar huis hebben we nog een mooie grote waterpijp als souvenir voor thuis gekocht.

Nu liggen we nog een beetje tv te kijken en wat op te zoeken over wat we morgen gaan doen. We gaan namelijk naar Jerash, een belangrijke Romeinse vindplaats ten noorden van Amman.

Weekendje Gent (12-10-2014)

Vorig weekend zijn we naar Gent geweest. Na Brugge stond ook deze Belgische stad hoog op ons verlanglijstje, dus Mark zijn 30e verjaardag was een goede aanleiding voor een kort tripje.

Op de heenweg begon het steeds harder te regenen en werd de lucht steeds donkerder. Gelukkig hadden we een paraplu bij, waar we tot het begin van de middag steeds samen onder konden schuilen als we van een kerk naar het Belfort naar de volgende kerk liepen.
Nadat we ons koffertje in het hotel hadden achtergelaten zijn we begonnen bij de Sint Baafskathedraal. Deze kerk lag op een steenworp afstand van het hotelletje dus met onze paraplu konden we deze mooi droog bereiken. De buitenkant van de kerk stond helaas in de steigers, maar het mooiste aan de kerk was de crypte, waar duidelijk de fundamenten van de oorspronkelijke kerk te zien waren. Vanuit de kathedraal zijn we snel overgestoken naar het Belfort. Daar kun je de toren in om de klokken te bekijken en natuurlijk voor het uitzicht over de stad. Van het Belfort zijn we weer door gegaan naar de Sint Michielskerk, die ook weer maar een paar meter verder lag. Deze kerk was niet zo indrukwekkend, maar het was ten minste wel droog binnen en aan de achterzijde was er een boekenmarkt waar we even gesnuffeld hebben. Toen we weer buiten kwamen kon de paraplu dicht blijven en later kwam zelfs het zonnetje nog eventjes door.

We zijn verder gelopen door het centrum van de stad, waar we ineens voor het Gravensteen stonden. We wilden deze eigenlijk zondag bezoeken, maar nu we toch voor de poort stonden hebben we dit er meteen achteraan geplakt.
Het Gravensteen is een oude Burcht, oorspronkelijk gebouwd van hout, maar later opgetrokken uit steen. Het is eigenlijk gewoon een echt Middeleeuws kasteel midden in de stad en het is zo’n beetje de belangrijkste bezienswaardigheid van Gent. Toen de Burcht niet meer nodig was voor de stad is deze gebruikt als gevangenis, je kunt dan ook nog zien hoe gevangen er ooit gemarteld werden. Verder kun je helemaal rondom het kasteel langs de kantelen wandelen, ik kan me goed voorstellen dat je je als kind hier echt een ridder kan voelen.

Na een warme chocomel op het terras van de Starbucks zijn we op ons gemak naar het hotel gelopen. Hier was de kamer inmiddels klaar en die viel alles mee. Lekker ruim en in een mooi oud pand (met tig trappen, dat dan weer wel). Het hotelletje beviel erg goed, het heet Faja Lobi en een deel van hun winst gaat naar een project in Congo dat zorgt voor het aanplanten van nieuwe bossen. Ook een deel van de opbrengst uit hun eetcafé beneden gaat daar naartoe dus zaterdagavond hebben we lekker exotisch gegeten in het hotel, met gebakken banaan, gekruide kippenvleugeltjes, Surinaamse viscurry en Javaanse saté.
Het leuke van Vlaanderen is dat je er gewoon naar de bioscoop kunt en dit dan ook gewoon kunt volgen, dus na het eten zijn we nog naar de film Gone Girl geweest en na een lange dag lagen we tegen middernacht lekker in ons bedje.

De volgende morgen konden we lekker uitslapen, want het ontbijt was tot 12.00 uur. We kregen een gebakken eitje met spek en een grote kop thee en konden verder onszelf bedienen met verse broodjes, beleg, croissantjes, fruit en vruchtensap. Dit was een goed uitgebreid ontbijt voor wat wij gewend zijn, dus ook hier krijgt het hotel weer een dikke voldoende.
Na het ontbijt zijn we over de brocante markt gelopen, maar helaas zat hier niet echt iets naar onze smaak bij. Omdat het weer zondag een stuk beter was dan zaterdag hebben we daarna een rondvaart over de Leie en de Schelde gedaan. Zo zie je de stad toch weer van een andere kant en met wat extra informatie van de schipper kom je wat meer te weten over de geschiedenis van de stad. Aan het einde van de rondvaart kwamen we langs het Huis van Alijn, een oud opvangtehuis voor ouderen en armen, waar nu een tentoonstelling te zien is van eigenlijk alles in het dagelijks leven door de jaren heen. Het is alleen al een erg mooi pand en ook de tentoonstelling is leuk om te zien. Wij vonden vooral de hele oude spulletjes (van huishoudelijke spullen tot apothekersspullen) en het speelgoed uit de jaren ’80 erg leuk om te zien.
Inmiddels was het alweer ver na lunchtijd en begonnen we weer honger te krijgen. Met een echt Belgisch frietje van cafetaria “Het Puntzakje” hebben we daarom het weekend afgesloten.

Gent is een leuke stad en in een weekend kun je veel van de stad zien. Voor een dagje winkelen is het ook een leuke stad. We vonden het vergelijkbaar met Brugge, al heeft Brugge meer geschiedenis en Gent meer winkels en terrasjes.

Tweede en laatste dagje Belgrado (20-09-2014)

En toen zat mijn reisje er alweer zo goed als op. Vanmorgen ben ik, nadat ik een beetje uitgeslapen had en heb ontbeten in het restaurantje aan de overkant (met een best lekker, maar wel vet en zwaar gebakken brood gevuld met ei en een yoghurt/kaas-achtig iets) met de bus naar het mausoleum van Tito gegaan.
Natuurlijk stapte ik weer een halte te ver uit en moest ik daardoor een stuk zoeken en een flink stuk terug wandelen. Ik stapte netjes uit bij de halte die me hier in het hostel was aangeraden, en ik dacht nog bij mezelf toen een toeristisch stelletje een halte eerder uitstapte dat zij vast langer zouden moeten zoeken dan ik. Niet dus. Ik stapte een halte verder uit en kon het in eerste instantie niet vinden, terwijl het recht achter de vorige bushalte lag…
Nouja, wandelen is gezond zullen we maar denken! Het mausoleum lag een stuk van de weg af, flink heuvel op. Eerst kwam ik in een museum met een tentoonstelling van Tito’s eigen kunst. Het enige wat hier een beetje interessant aan was, waren alle modelhuisjes van zijn eigen woningen die hij van relaties cadeau had gekregen. Ik vraag me nog steeds af hoe zijn ouderlijk huis er echt uitgezien moet hebben, want al die verschillende huisjes leken niet echt op elkaar, dat was wel grappig om te zien.
Achter het museum lag het mausoleum met nog een klein museum over Tito’s loopbaan en zijn militaire kostuums. Zijn graf is bedekt met wit marmer en zijn laatste vrouw ligt in een zelfde graf, maar dan een stuk kleiner. Niet heel spectaculair, maar interessant om gezien te hebben.
Daarna heb ik de bus terug richting het centrum genomen, op zoek naar nog wat souvenirtjes op mijn weg richting het oude fort.
Ik heb uiteraard een magneetje van Belgrado gekocht voor de verzameling, een sjaal voor mezelf en nog wat oud Joegoslavisch geld en oude postzegels (het ging me om de Joegoslavische, maar er zitten ook veel andere landen bij). Vooral het geld is leuk, in 1993 hadden ze in Joegoslavië namelijk een record. Ze hadden het grootste briefje ooit, van 500.000.000.000 Joegoslavische dinar! Het geld was in die tijd dus niets waard, en nu kun je ze kopen als souvenir.
Net voor het fort heb ik nog een lekker ijsje op (net als in Amerika mocht ik zelf allerlei toppings er overheen doen, wat natuurlijk geen combinatie wordt omdat ik de nutella, vloeibare pure chocola en m&m’s, maar ook de verse ananas, de frambozensaus en de honing niet kon laten liggen, maar toch smaakte het best lekker!). Toen ben ik naar het etnografisch museum gegaan, waar eigenlijk niet zo heel veel aan was, dus daar stond ik heel snel weer buiten.
Toen ik net binnen het Kalemegdan fort was begon het te donderen en te regenen. Ik dacht dat het wel zo op zou houden, maar het kwam even later met bakken uit de lucht, dus als een verzopen katje ben ik maar omgedraaid en terug naar het hostel gegaan, waar ik met een zak chips en mijn boek op bed ben gaan liggen.
Het is inmiddels een paar uurtjes verder en het regent nog steeds een beetje. Ik ga zo even een broodje of een pizzapunt ergens halen (deze kun je hier op elke hoek van de straat krijgen voor een paar euro) en dan douchen en mijn tas weer een beetje inpakken voor morgen, want vannacht om 3.20 uur moet ik de bus terug naar het vliegveld hebben. Ik hoop dus op tijd op bed te liggen, zodat ik toch nog een beetje kan slapen.

Verder is het reisje me eigenlijk best goed bevallen. Vooral de avonden zijn wel wat saai in je eentje, maar je hebt als je alleen reist veel aanspraak en hier in het hostel hangt ook echt een ˝thuis˝gevoel. Het Double Door Hostel in Belgrado is wat mij betreft dus echt wel een aanrader. En door het nemen van de nachttrein van Boedapest naar Belgrado was het voor een lang weekend weg toch echt wel een mini reisje, en dat is nou precies wat ik zo leuk vind! Vanuit Boedapest gaan er een hoop treinen naar allerlei andere landen en je kunt er heel goedkoop naartoe vliegen, dus wie weet komt er nog eens een soort gelijk tripje, maar dan naar een andere Oost-Europese stad.
En als manlief dan niet mee wil, ga ik gewoon weer in m’n uppie, want ik kan toch best goed met mezelf opschieten is wel gebleken! (maar ik ben ook weer heel blij als ik Mark morgenochtend op het vliegveld weer om zijn nek kan vliegen hoor)

Trouwens, dit was volgens mij mijn 75e reisverslag op deze site. Ik ben zeer benieuwd waar we bij nummer 100 weer uithangen!

Eerste dagje Belgrado (19-09-2014)

Zoals ik vanmorgen in mijn vorige blogje al schreef, ben ik eerst naar het oude fort gegaan. Ik heb nog niet alles kunnen zien, omdat ik nog steeds geen pinautomaat had gevonden en dus geen toegangsbewijzen kon kopen binnen het fort. Morgen ga ik nog even terug en misschien ga ik dan de oude Romeinse waterput bekijken, het militair museum en 1 of 2 kerken. Binnen de resten van het oude fort ligt nu een park, dat een mooi uitzicht heeft over de Donau en de Sava.
Waar deze rivieren elkaar kruisen zie je kleurverschil in het water, omdat ze in tegengestelde richting van elkaar stromen.
Vanuit het fort ben ik door het centrum teruggelopen richting het hostel. Bij de Mc Donalds heb ik even een lunchpauze ingelast en daarna heb ik nog een versmarkt bezocht. Deze was niet zo mooi als die in Budapest (lang niet zo mooi), maar ik ben altijd fan van markten en Mark is er nu toch niet bij, dus ik kan zoveel over de markt lopen als ik zelf wil dit weekend!
Eenmaal terug in het hostel was ik al in slaap gevallen voordat ik mijn boek ook maar open had, en toen ik wakker werd was het al bijna 17.00 uur. Ik ben eerst maar eens gaan kijken waar ik zondagmorgen (of beter gezegd morgennacht) de bus terug naar het vliegveld moet hebben. Het is een beetje een vage halte, maar ik denk dat het wel gaat lukken… (en anders rijdt er vast wel ergens een taxi).
Daarna ben ik naar de Temple of Saint Sava gegaan. Het was een flinke wandeling (steeds heuvel op, Belgrado is zeker geen vlakke stad), maar het was het zeker waard! De Sava kerk is een ontzettend grote orthodoxe kerk, die al ruim 100 jaar in aanbouw is. Steeds komen er oorlogen of financiële problemen tussendoor waardoor de bouw gestaakt wordt. De buitenkant is al wel af, maar van binnen zijn de wanden niet afgewerkt, ligt er geen vloer in en alle pilaren zijn ingepakt in plastic. Toch ook wel apart om zo te zien. De buitenkant deed me trouwens een beetje denken aan de Blauwe Moskee in Istanbul, echt ontzettend mooi. Ik ben nog even in het park voor de kerk blijven wachten tot het donker werd zodat ik hem met verlichting kon zien en dat was natuurlijk nog mooier.
Nu ben ik weer terug in het hostel. Ik heb net lekker gegeten bij een restaurantje aan de overkant van de straat (geen idee hoe het heet, want het schrift hier is onleesbaar, dus ik heb geen flauw idee wat er op de gevel staat). Voor een tientje had ik een voor-, hoofd- en nagerecht en een drankje, en het was nog lekker ook, de Servische keuken valt me dus ook zeker niet tegen. Ook de mensen hier zijn heel vriendelijk en ze spreken ook bijna allemaal wel Engels en anders proberen ze het, dat had ik eigenlijk helemaal niet verwacht. Mijn beeld van Servië is nu dus al positief veranderd, al is het wel een erg arm land en is er volgens mij nog veel van de oorlog en het communisme te merken. Owja en de toetsenborden zijn hier iets anders, dat is ook heel irriant….
Nu ga ik lekker douchen en dan lekker een lange nacht maken, dat zal wel fijn zijn na twee korte en rommelige nachtjes.